Literatuur

- Haslinghuis, E.J. & H. Janse, Bouwkundige termen. Verklarend woordenboek van de westerse architectuur- en bouwhistorie. Leiden (Primavera Pers), 1997^{3e druk, sterk uitgebreid} [644 blz. ISBN 90.74310.33.8]. Hierin o.a.: blz. 45 ("Badhuis"), 114 ("Calefactorium"), 444 ("Stoof": 1. herkomst woord en verwijzing naar badhuis en calefactorium; 2. "Gebouw waarin plantaardige materialen door verwarming gedroogd worden")

- Viollet-le-Duc, M, Dictionnaire Raisonné de l'Architecture Française du XIe au XVIe Siècle, Tome cinquième (DAI-FUT). Paris (B. Bance), 1861. [566 blz. ISBN -]. Hierin: "Étuve", blz. 347-350

- Cramer, Johannes, "Badhäuser - Ein städtischer Bautyp". In: Arbeitskreis für Hausforschung, Hausbau im Mittelalter, Band II. Deel in de serie 'Jahrbuch für Hausforschung' 1985, 'Sonderband'. Sobernheim, Bad Windsheim (Arbeitskreis für Hausforschung), 1985. [415 blz. ISSN 0172.2727], blz. 9-58

- Aubert, Marcel, "Deux étuves du moyen age, conservées en France: "L'étuve du Palais Jacques-Coeur à Bourges". In: Bulletin Monumental (uitgave: Société Française d'Archéologie), 1929 (jrg 88), blz. 479-482

- Duhem, G., "Deux étuves du moyen age, conservées en France: "L'étuve de Guémené-sur-Scorff". In: Bulletin Monumental (uitgave: Société Française d'Archéologie), 1929 (jrg 88), blz. 482-489

- Favière, Jean, L'hôtel de Jacques Coeur à Bourges. Deel in de serie 'Monuments en perspective'. [Paris] (Caisse National des Monuments Historiques et des Sites), Paris (Picard), 1992_cop. [168 blz. ISBN 2.85822.110.3 & 2.7084.0416.4]. Hierin "Les étuves": blz. 113-115

- Ingen, Kobus van, "Een 16e eeuwse beschrijving van het huis Ter Leede".In: Dee-Honders, Joke van, e.a. (red.), Kruiend door de Betuwe. Jubileumuitgave ter gelegenheid van het 30-jarig bestaan van de Historische Kring Kesteren en Omstreken. Kesteren (Historische Kring Kesteren en Omstreken), 1997. [246 blz. ISBN 90.801173.4], blz. 119-126. Hierin: blz. 112 (in de boedelbeschrijving van het Huis Ter Leede bij Lienden-gem. Lienden: "6. In 't stoeffken. Item, twee bedsteden, die ene mit een cleijn beddeken hoeft pulij en groen deecken". Voetnoot 31: "'Stove'of 'stoofkijn'. Dat was een badkamer, of misschien beter een wasruimte, welke in de regel ook verwarmd kon worden. Vaak was het een zijkamertje, dat op eenvoudige wijze was afgescheiden van een grotere ruimte. In het 'Huys ter Leede' werd het tevens gebruikt als slaapvertrek. Erbevonden zich nog twee bedsteden in deze ruimte" - dit is de relevante tekst volledig)

- Dubbe, B. & J.W.M. de Jong & R. Meischke, Thuis in de late middeleeuwen. Tentoonstelling Provinciaal Overijssels Museum, 5 oktober - 31 december 1980. Zwolle (Waanders), 1980. [203 blz. ISBN 90.70072.66.1]. Hierin "Badstove": blz. 42, 43

- Coomans, Janna, "Hoe vies waren de Middeleeuwen? Baden in de middeleeuwse stad". In: Geschiedenis magazine, [ISSN 1872-0625], 03-2014 [jrg 49, nr 2], blz. 45-49 (Coomans werkt aan de Universiteit van Amsterdam aan een proefschrift over ideeën en praktijken van reinheid in de middeleeuwen)